Wandelen in Wales

Prestatyn

Na een slechte nacht volgt een matig ontbijt: een vet en waterig ei, weinig fruit, slappe toast: geen topafsluiting. En toch doen de eigenaars van het B&B hun uiterste best om het iedereen naar de zin te maken. Ze hebben een mooi huis en een mooie tuin en willen graag dat ook anderen, en dan vooral wandelaars, daar van kunnen genieten. De australiers zien we nog net even voor zij weg gaan....zijmoeten op tijd met de trein mee, want zij willen vandaag nog naar Glasgow voor de volgende tocht. Een hartelijk afscheid

Om 9.30 uur lopen ook wij richting station. Op het station komen we een echtpaar tegen dat we een paar dagen eerder al tegen waren gekomen. Wachtend op de trein maken we een praatje. Zij wandelen vaak en ook zij noemen Coast to Coast de mooiste wandeling van de UK....maar er zijnnog veel meer mooie tochten, zeggen ze, zoalshet Coast Path in Devon en Cornwall. Ze komen zelf uit de Midlands, tussen Londen en Cambridge en zijn verslngerd aan Cambridge....volgens hen veel leuker dan Oxford. Ik vertel over ons bezoek van vorig jaar aan Cambridge en als ik laat merken hoe enthousiast ik ben over de kathedraal van Ely reageren zij enthousiast: daar gaan ze heel vaak naar toe met visite...en inderdaad dat is een prachtige plek en een heel mooi dorp. Ze wensen ons nog veel pleizer in Oxford en stappen daarna in de eerste klasse. Wij gewoon in de tweede.

En dan is het: op weg naar Oxford...de trein rijdt een heel eind langs het strand...dus een laatste blik op het einde van ons wandelgebied. Van Oxford komt verder geen reisverslag....wil je daar meer over horen, kom maar een keer langs. Wellicht dat ik nog wel een paar foto's op deze log zet. In een aantal steekzinnen

- Heel erg druk na drie weken rust....dus erg wennen

- Na het wennen: toch weer een heerlijke stad - lekker rondgelopen, colleges bezocht, museum met erg mooie tentoonstelling, de biblotheek...en nog veel meer

- Uitstekend gegeten: twee keer (ja....het beviel ons erg goed) bij Jamie's Italian en een keer bij erg goed visresaurant

- Mooie wandeling langs de Thames van Abington (heel erg mooi stadje....de moeite waard) naar Oxford....we konden het wandelen toch niet laten

Maar voor nu: ODP is gelopen.....een dergelijke wandeling is voor herhaling vastbaar. Dus ga ik nu al nadenken over mijn volgende tocht...ik denk Coast to Coast. En ik verheug me er op jullie weer te zien en lekker verder te vertellen. In ieder geval brengt het afronden van het verslag alle mooie beelden weer terug...en blijf ik nog even in de slow-motion

Van Bodfari naar Prestatyn

De laatste wandeldag vandaag, althans langs Offa's Dyke Path...want rond Oxford gaan we ook nog wel wat lopen. Maar dit wandel-reisboek langs OD kan vandaag afgsloten worden. We staan weer op onze gewone tijd op, douchen, inpakken en daarna naar het landhuis voor ons ontbijt. En dat is weer uitstekend met veel vers fruit, yoghurt, cereals, scrambled eggs, heerlijke tomaatjes. Mevrouw Price, onze gastvrouw, blijft op afstand. Niet onvriendeliujk en soms zelfs pretoogjes, maar ook uterst formeel. We krijgen een prima lunchpakket mee met brood, fruit, chips, rozijnen, mueslireep.

Om 9.00 uur zijn we weer onderweg en wandelen we eerst door landelijk en stil gebied terug naar het ODP, waar we het gisteren hebben verlaten. Het is bewolkt maar droog en al snel hebben we mooie uitzichten over het glooiende land met op de achtergrond de bergen van Snowdonia

Ook de zee is al zichtbaar....dus we kunnen zien dat onze eindbestemming steeds meer nabij komt. Ook vandaag weer lopen we langs prachtige bermen met o.a. gele margrieten, boterbloem, ooievaarsbek en weer verschillende bloemen waarvan we de naam niet kennen.

We moeten klimmen, de Moel maenefa, en dat valt me vandaag zwaar. Misschien omdat er in de boekje staat dat de laatste dag een lichte dag zou zijn. Maar de klimmetjes die we vandaag krijgen blijken weer pittig. Na een tijd doorlopen horen steeds meer het geluid van auto's en op de achtergrond zien we de snelweg al aankomen. Daar moeten we even langs lopen, voor we er overheen kunnen. De herrie van de autoweg blijft ons lang volgen. Ook dat maakt dit deel van de tocht minder aangenaam. Toch genieten we ook van de prachtige vergezichten en de ruwe natuur: brem en duinroosjes hier.

We dalen af naar het dorp Rhualt en overleggen of we nog even naar St. Asaph zullen lopen, een omweg van een kilometere of 5. Daar staat een kleine kathedraal en het dorp zelf moet erg aardig zijn. Maar anderhalf uur extra vinden we toch te veel, dus klimmen maar weer langs de Mynydd y Cwm.

Vanaf hier wordt de lucht steeds dreigender. We lopen eerst door een paar mooie graanvelden langs een prachtige oude boerderij.

Maar klimmend naar de volgende top, ede Marian Ffrith, moet het regenpak toch aan. Aanvankelijk lijkt het nog mee te vallen, maar na een half uur lopen komt de regen echt met bakken uit de lucht.

We schulen een tijdje onder een grote boom en eten daar ook onze lunch maar op, want we hebben ondertussen behoorlijk trek gekregen. Als het even weer iets minder hard regent gaan we weer verder. Vanaf hier kijken we steeds van bovenaf neer op Bodfari. Achter ons horen we de australische troepen al weer aan komen marcheren en even later worden we gepasseerd door de hele groep. Dat betekent weer even bijpraten en dan blijkt dat we vanavond weer hetzelfde B&B hebben, dus: tot vanavond.

Het pad blijft dalen en klimmen en iedere keer als we denken dat we nu echt af zullen dalen naar Bodfari, komt er weer nog een klimmetje. Wij passeren de rustende australiers weer en naa een stevige tocht gaat het dan eindelijk wel naar beneden....en dan ook meteen behoorlijk stijl.

De eerste indruk van Bodfari is niet al te geweldig: een druk stadje, helemaal ingericht op strand toerisme. Een lange winkelstraat met weinig bijzondere gebouwen. We lopen langs ons B&B, maar ik wil eerst de tocht uitlopen, dus we gaan door tot het strand...dat is nog een half uur lopen. Maar dan kan ik ook zeggen dat ik de tocht helemaal heb gelopen. Want het einde van ODP is er pas echt als je met je voeten in het water staat.

Ik ben overigens de enige op het strand....geen echt strandweer vandaag. Ik stuur een sms-je naar huis dat we het gehaald hebben. Daarna koffie met iets lekkers in het informatiecentrum annex cafetaria.

Een laatste foto bij het startputn van de route en daarna het dorp in. We lopen eerst nog even langs de bibliotheek om een krot berichtje op mijn reislog te plaatsen. Daarna wandeling door het dorp en op naar het B&B. Daar worden we uiterst vriendelijk ontvangen. De kamer blijkt overigens erg klein en maar een tweepersoonsbed te hebben. Dat betekent: vanavond in een bed - Dat zal de slaap niet ten goede komen... We zitten even in de serre van het B&B met uitzicht op een prachtige tuin. Daarna: eten bij een Indiaas Restaurant in de hoofdstraat van het dorp. Een heel erg aardige en enthousaiste bediening en uitstekend eten.

Als we terug zijn nog even TV kijken en dan: proberen te slapen.

Van Clwyd Gate naar Bodfari

Aan het ontbijt vanmorgen is het een gezellige boel. In het midden van de keuken staat een grote eettafel en daar zitten onze australische medelopers al te wachten. Onze gastheer en gastvrouw vertellen dat ze dat bewust doen: alle gasten aan een tafel, want mensen moeten elkaar ontmoeten. Dus er wordt uitgebreid gekletst over van alles en nog wat. Het ontbijt zelf is uitstekend, want Mrs Scruton haalt haar spullen het liefst uit eigen tuin en maakt zo veel mogelijk alles (brood, jams, zalmkoekjes)) zelf. Ook hier weer: veel vers fruit en gelukkig een keer erg lekker brood.

We worden weer terug gebracht naar de route bij Clwyd Gate en gaan op pad. We nemen nog geen afscheid van de autraliers omdat we er van uit gaan dat we elkaar nog tegen zullen komen en dat blijkt de komende dagen ook te kloppen. Wij vertrekken als eerste en moeten meteen al weer flink klimmen. De route vandaag voert ons langs en soms over de toppen van Clwydian Range, an area of outstanding beauty, zoals men dat in de UK noemt. En dat betekent vandaag weer veel klimmen en dalen.

Het begint allemaal nog bescheiden, we hoeven Moel Eithinen niet helemaal op. Het is bewolkt en soms zelfs koud, zodat we beginnen met onze jas aan, maar die gaat al klimmend toch weer snel uit. We genieten van het groene en ruige land. Het uitzicht is door de mist beperkt, maar toch zeker de moeite waard. De australiers halen ons al snel weer in evenals een ander echtpaar waar we later nog kennis mee zullen maken. Ook de volgende heuvel, de Foel Fenli, gaan we niet helemaal op. We komen bij een parkeerplaats halverwege de volgende heuvel. En van hier af wandelen veel mensen een stuk van de route naar de Jubilee Tower Het is zondag, dus zijn er weer meer wandelaars en dan blijkt dit deel van de tocht een favoriete dagwandeling voor veel gezinnen en weekendwandelaard. Overigens: veel mensen blijft relatief: het zijn er gewoon iets meer dan op andere delen van de route.

de Jubilee Tower is een pyramide, opgericht in 1810 ter gelegenheid van het jubileum van George III, maar is nooit afgemaakt. Het is nu wel een 'landmark' in het landschap, want vanaf bijna alle omliggende heuvels zullen we steeds uitzicht houden op de Toren bovenop de Moel Famau

Bij de toren is het druk en rusten meerdere wandelaars even uit. Maar het is er ook koud, te koud om te gaan zitten, vinden wij, dus wij lopen verder.

We blijven over de verschillende ridges lopen, steeds weer dalend en stijgend. Zien veel vogels, zoals de roodstaart, de roodborst, de tapuit, leeuwerikken. Voor ons schiet een wezeltje weg. We komen ook een aantal hardlopers tegen, waarvan er een nog een flinke schuiver maakt. later zullen we lezen dat er inderdaad een studenten - cross-field loop over een deel van de tocht is georganiseerd.

Het blijft mistig, dus de uitzichten blijven beperkt. Hierboven kijkt Eelco vooruit op de komende uren, waarbij we eerst de Moel Dywyll zullen beklimmen, daarna de Moel Llys-y-coed en vervolgens de Moel Arthur

De moekl arthur is een bijzondere berg, want daar zijn opgravingen gedaan en daar zijn de restanten gevonden van een belangrijke nederzetting en een aantal belangrijke graven. Volgens onze gastheer van de B&B ligt hier waarschijnlijk het graf van de vader van koning Arthur dus. Vandaar ook de naam. Zo'n belangrijke plek moet wel even goed aangegeven worden, vind Eelco

Hier zijn we op weg naar de Moel Arthur...dat betekent eerst naar het dal, en dan stevig klimmen. Aan de achterzijde van de berg vinden we een plekje in de luwte waar we even kunnen pauzeren en een broodje eten. Ondertussen zijn wij overigens de australiers weer gepasseerd, want die bleven langer rusten bij de vorige heuvel.

De volgende klim gaat naar Mound Penycloddiae, een gigantisch keltisch bergford uit de romeinse tijd, waar delen van de wall nog herkenbaar zijn in het landschap. En van daaraf is het dalen in de richting van Bodfari

Voor de australiers is dit de eindbestemming, wij moeten nog een paar mijl door, want onze B&B ligt in de buurt van Caerwys, even ten noorden van Bodfari. En dat betekent aan het einde van een vermoeiende dag toch weer even heel stevig klimmen. We zijn moe, maar houden de moed er in door goed te kijken naar de bloemen langs de weg.

het is ondertussen iets helderder geworden en op de achtergrond zien we de schimmen van de toppen van Snowdonia.

In ons B&B blijkt dat onze gastvrouw een telefoontje van ons had verwacht om ons op te halen uit Bodfari....een klein foutje dus in de planning. Het B&B is een heel groot en sjiek landhuis. We krijgen een heel huisje tot onze beschikking. Eten doen we ook in de B&B. Gewoon, degelijke kost, Gastvrouw is niet onaardig maar op afstand.

Slapen in de cottage is wel lekker: veel ruimte. En op de tv kan Eelco zowaar een oude Midsummer Murders vinden, dus we blijven lekker in de sfeer.

Van Llangollen naar Clwyd Gate

Eelco neemt meteen mijn ritme over en dus staan we ook nu weer om een uur of zeven naast ons bed en zitten we om 8 uur aan het ontbijt. Eelco neemt natuurlijk de full english, ik beperk me weer tot een heerlijke fruitsalade, muesli en scrambled eggs. We raken in gesprek met een ouder echtpaar en dat gesprek gaat vooral over de tuinen van Engeland. Heather en John hadden mij al verteld dat een van hun gasten een 'topper' zou zijn op het gebied van tuinen in Engeland. Hij schrijft in een van de meest toonaangevende garden-magazines en is dus bij alle tuinenliefhebbers bekend. En natuurlijk zit hij straks in de jury bij het beoordelen van de tuinen van de Garden Show van Llangollen. Hij is een vaste gast ieder jaar en wordt door Heather en John dan ook met veel aandacht en respect benaderd. Hij, op zijn beurt, is weer vol lof over Heather en wat zij allemaal doet met de little children op de school. Want het is natuurlijk erg belangrijk dat de kinderen leren over natuur, tuinen, vervuiling. Zijn vrouw vertelt trots dat ze weer de eerste prijs heeft gewonnen op het onderdeel 'vegetables' bij de belangrijkste show van engeland, een soort wereldkampioenschap. Tja...en dan blijken die nederlanders natuurlijk nog nooit van die show gehoord te hebben (ergens in Kent....). Maar we doen ons best dat niet te laten merken en vooral onze bewondering uit te spreken.

Heather loopt nerveus heen en weer. Ze had ons al verteld dat de ochtend niet haar sterkste moment van de dag is (dan helpt ze John vooraldoor hinderlijk in de weg te lopen, hadden we begrepen), maar vanmorgen is ze wel extra gestresst: de spanning voor de show, denken wij. Maar dan komt het hoge woord er uit: ze is gevraagd als jurylid bij het beoordelen van de cakes en de pickels...maar hoe doe je dat nu? En hoe moet je nu smaak omschrijven en een oordeel geven over de juiste structuur en kleur? We wanen ons hier helemaal in Midsummer Murders en vrolijken haar op door de nodige moorden te voorspellen. Dan blijkt overigens dat midsummer murders heel erg populair is in de UK, want alle aanwezigen roemen de echte, authentieke engelse sfeer van het programma....hoewel het als detective natuurlijk niets voorstelt.

We gaan op pad en klimmen via een stijle, rustige landweg richting Castell Dinas Bran, alwaar we het ODP weer op kunnen pakken. We lopen nu langs de hellingen van Egiwyseg Mountain, een ruwe, rotsige weg met prachtige vergezichten over het dal. Een mooi begin van onze route vandaag. Als we de half-verharde weg verlaten en een smal foothpath opklimmen wordt het landschap nog grijzer en ruwer.

Het contrast met het groene dal beneden kan haast niet groter zijn en we genieten volop. We komen een enkele wandelaar tegen, maar verder is het vooral erg rustig.

De weg leidt naar 'World's End' een bekend plaats voor wandelaard, mountainbikers en ook automobilisten. World's End stelt niet zo veel voor: een boerderij en een beek die over de weg stroomt. Maar vandaar gaan wel meerdere routes de bergen in. Hier is het dus ook net weer iets drukker. We beklimmen de Horseshoe Pass en wandelen nu over prachtige heidevelden.

Het verschil met het stuk voor World's End is groot en juist die afwisseling in het landschap zal vandaag tot een topdag maken. het is wel ook afzien, want de zon staat stevig aan de hemel en dan is het klimmen op open veld een pittige klus, maar het is ook genieten, zeker omdat het mos en de heide een prachtig, ruig kleurentapijt uitspreiden voor onze voeten.

We kletsen wat over World's End en datwe toch maar mooi aan het einde van de wereld zijn geweest...maar dat het daarna alleen maar groener wordt. En dan zien we ook nog 'de hand van god' verschijnen aan de hemel..... Symbolischer kan een dag niet zijn.

Volgens Eelco vaagt het wel enige fantasie om hier God's hand in te zien, voor mij is het heel erg duidelijk.

Na de heide volgt het bos, een saai productie-dennenbos. Recht toe, recht aan staan de bomen, maar het loopt wel lekker. Het bos is populair bij mountain-bikers en wij vragen ons verbaasd af hoe het toch kan dat een paar bikers zoveel herry kunnen maken...want bij het fietsen moet er natuurlijk vooral schreeuwend met elkaar worden gesproken. Onze wandeling wordt dus begleid door harde stemmen en af en toe een fietser. Het bos gaat over in een meer natuurlijk bos waar we op een bankje even ons brood opeten en wat drinken.

Al dalend komen we daarna in Llandegla, een mooi klein dorp met een paar mooie huizen en heel veel bloemen.

We rusten in het kerkje van Llandegla even uit. Ook hier staat weer koffie, thee en water en daar maken we dankbaar gebruik van.

Na de heide volgen nu de weilanden. Weer een heel ander landschap dus, met groen gras, mooie beken, houtwallen en, tot ons grote genoegen, een heel veld met jonge stieren. Tja...we moeten er toch langs dus we gokken maar dat ze te loom zijn door de hitte. En inderdaad, ze kijken even verveeld onze richting uit, maar maken geen aanstalten tot een gevecht. Wij kunnen rustig doorlopen.

Wandelen is in de UK uitstekend georganiseerd....onze route is steeds duidelijk en ook alle public foothpath's worden met bordjes aangegeven. Dat ze dat ook al doen voor de eenden, dat hadden we niet verwacht. Maar dat blijkt wel zo te zijn

Wij volgen het eendenpad een stukje en klimmen al spoedig naar de uitlopers van de Clwydian Range. En weer komen we in een heel ander landschap terecht met ruwe, groene heidetoppen en prachtige vergezichten.

We genieten volop van het landschap, de vogels, de stilte, de vergezichten. Het is hier prachtig en dan vergeet je de warmte en al het klimmen. Op het laatste stuk van deze tocht worden we ingehaald door een groep Australiers. We lopen samen op, zeker als blijkt dat we straks in hetzelfde B&B zullen zitten. De gemiddelde leeftijd van deze groep, vertellen ze, is boven de zeventig en de oudste ('maar dat moet je niet tegen haar zeggen, hoor') blijkt een krasse dame van 82 die vandaag wel een rustdag heeft, maar verder de hele tocht stevig meeloopt. Ook deze Australiers hebben aan het ODP niet genoeg, want als ze hiermee klaar zijn gaan ze ook nog de Highland Way in Schotland lopen.

Een van hen is overigens getrouwd met een Nederlandse vrouw uit Den Helder en komt dus regelmatig in Nederland en heeft heel Nederland doorgefietst. Hij vindt het erg leuk om een beetje Nederlands te spreken en onze conversatie gaat dan ook in neder-english. De hele groep heeft al veel gezien en gewandeld....een voordeel van pensioen.

Bij Clwyd Gate, een motel, worden we opgehaald door onze gastvrouw van vandaag. We slapen in Maeshafn, een dorpje een paar mijl verderop. In het B&B gaan we ons lekker opfrissen en drinken we thee en koffie. De man van het B&B komt er graag bijzitten en vertelt heel veel over de omgeving en de geschiedenis van de streek. Ook dit is oud mijnwerkers gebied, maar de streek heeft ook in de vroeg keltische geschiedenis een grote rol gespeeld. De vader van King Arthur is in de buurt begraven en morgen zullen we langs zijn graf komen, zo vertelt hij. Hij zegt er ook eerlijk bij dat er nog een aantal andere plaatsen zijn die dezelfde claim neerleggen. Maar uit opgravingen is wel gebleken dat er ooit een belangrijke nederzettingis geweest.

Daarna gaan we eten in de Miners Arms, de plaatselijke pub. En dat is weer een top-pub: gastvij, vriendelijke mensen, een echte huiskamer voor het dorp en goed eten. Dit zijn de pubs waarvoor je een omweg wilt maken (noteren dus...voor als je in de buurt bent)

Terug in het B&B zitten we nog even te lezen, En dan : tanden poetsen en naar bed. We slapen weer snel.

Llangollen

Vandaag een rustdag in Llangollen. Maar ook op mijn rustdagen blijft het dagritme bestaand, dus om 8.00 uur zit ik weer aan een prima ontbijt. En om 9.00 uur ben ik al onderweg voor mijn rustdag-wandeling. Ik wil naar Valle Crusis Abbey, de ruine van een Cisterian abdij in het dal van de Eglwyseg River, een uurtje lopen. De wandeling voert me eerst weer langs het Llangollen Canal waar de eerste toeristen al staan te wachten voor de kassa van de narrow boats. vanaf het kanaal heb ik een mooi uitzicht op het spoorwegcomplex alwaar de nodige oude treinen staan te wachten op herstelwerkzaamheden. Het bijkt een behoorlijk groot complex. Een paar mannen staan aan een brug te werken, en omdat ik niet zeker weet of ik nog op de goede weg ben, vraag ik een van hen de weg naar de abdij. Hij wijst me een public foothpath iets verderop, zodat ik de drukke weg kan vermijden. Het is eerst even klimmen. Daarna loop ik tussen een aantal weilanden door. En dan is het stijl omlaag naar een grote camping aan de rivier. En prachtige plek voor een camping....moet mooit zijn om hier je tentje op te kunnen zetten, denk ik. Maar de camping beperkt wel het uitrzicht op de abdij, want die blijkt ongeveer in het midden van de camping te liggen. Een niet al te mooie binnenkomst.

Voor ik de abdij bezoek loop ik eerst nog even door naar The Pilar of Eliseg

Van oorsprong waarschijnlijk een kruis opgezet ter ere van Eliseg, een keltisch edelman die de strijd tegen koning Offa met succes is aangegaan.

Terug naar de abdij. Het is half elf nu en de poort gaat net open. Dat betekent dat ik nog de enige bezoeker ben en dus lekker rustig rond kan kijken. En eenmaal binnen de hekken blijk je bijna niets meer te merken van de camping. De 13e eeuwse abdij was ooit een heel belangrijk religieus centrum en dat belang zie je nog steeds aan de restanten. Ik geniet weer volop van prachtige doorkijkjes naar het landschap, mooie oude deuren, muurschilderingen, een paar oude grafmonumenten enzovoort.

In een bijgebouw draait een videopresentatie die een mooi beeld geeft van het leven op de abdij in de 13e eeuw. Een aanrader dus.

Ik loop dezelfde weg terug als dat ik gekomen ben en kom dus weer de twee wegwerfkers tegen bij de brug. Degene die me de weg heeft gewezen vraagt me of het is gelukt en hoe ik het vond. We praten een tijdje en hij vertelt dat hij zelf bijna aan ODP woont en er graag langs wandelt. Maar huij heeft hem nog nooit helemaal gelopen, steeds een klein stukje. Ook hij is duidelijk trots op zijn land en vertelt over een aantal opgravingen die ik gisteren had kunnen zien, maar waar ik toch maar niet naar terug ga. Ook adviseert hij me om zeker naar Castell Dinas Bran te lopen en hij is erg tevreden als ik vertel dat ik daar gistern al ben geweest en het inderdaad erg mooi vond.

De weg langs het kanaal terug naar llangollen levert me ook dit mooie plaatje op

Waar bijna overal het vervoer over de kanalen tegenwoordig gemotoriseerd is, kun je vanaf Llangollen nog ouderwets met een door een paard getrokken narrow boat een tochtje maken.

Terug in het stadje ga ik eerst naar de biblitoheek om weer te werken aan mijn reisverslag. Ook hier weer erg aardige en enthousiaste medewerkers die me snel aan een gratis computer helpen. helaas zitten naast me een paar amerikanen te onderhandelen over de aanschaf van een huis en dat kan natuurlijk niet op gedempte toon. Mijn verzoek om wat meer rust wordt schouderophalend terzijde geschoven.

Ik loop terug naar mijn B&B omdat ik vanmorgen heb afgesproken om samen met John even te gaan kijken naar de voorbereiding van de grote tuinenshow. vanaf morgen is er een hele grote Garden Show in Llangollen en Heather is al weken bezig met de voorbereiding van haar bijdrage daaraan. Zij organiseert projecten op het gebied van milieu en natuur voor het onderwijs en met een aantal groepen van een kinderdagverblijf heeft ze ook een tuin ontworpen met afvalmateriaal...een mileuproject met allemaal informatie over afval, schoon milieu, natuur.. John blijkt niet te kunnen, want er komen net nieuwe gasten aan, dus rij ik met Heather zelf mee, die net de tuinstoelen op komt halen.

Iedere groep blijkt op basis van een kinderliedje een stukje van de tuin te hebben ontworpen. Erg leuk om te zien en de medewerkers vinden het duidelijk leuk dat ikm belangstelling toon, vragen stel en foto's maak. Ik loop daarna nog even verder over het terrein en krijg daarmee een behoorlijk indruk van de omvang van de Garden Show: die is gigantisch.

Terug naar de bieb voor nog een half uurtje werken en dan komt Eelco aan op het bisstation. Vanaf nu lopen we met z'n tweeen. We gaan eerst naar het B&B alwaar John weer zorgt voor een kop thee. Daarna lopen we een dik uur door het stadje en langs de rivier de Lee.

Eten doen we weer bij de Corn Mill. Het eten is weer goed (hoewel minder dan twee dagen geleden) en de plek blijft geweldig. lekker om hier weer te zitten en even bij te kletsen.

Na het eten nog even een korte wandeling weer langs de rivier. En dan op tijd naar de kamer en naar bed.

Van Chirk Mill naar Llangollen

Vanavond zal ik weer in hetzelfde B&B slapen, want ik ben gisteren door John opgepikt bij Chirk Mill en hij zal me daar straks weer afzetten, waarna ik een kilometer of 25 zal lopen om weer terug te komen in Llangollen. Achteraf hoor ik dat ik aanvakelijk een B&B zou krijgen in Craignant, een klein gehucht een paar mijl voor Chirk, maar dat bleek op het laatste moment gesloten te zijn. Vandaar deze 'noodoplossing', die overigens erg goed uitpakte, want zoals ik gisteren al vertelde: dit is een geweldig B&B.

Maar goed: zo ver zijn we nog niet. Eerst maar weer eens bij het begin beginnen. Om 7 uur opstaan: wassen, tas voor onderweg pakken, wat lezen en daarna naar beneden voor het ontbijt. Daar zit Gilbert al aan tafel. Hij is ingenieur 'in ruste' maar werkt nu als vrijwilliger bij de stoomtreinen. Hij blijkt een expert op het gebied van motorische renovatie en op het station van Llangollen staat een oude trein die ze nu aan het opknappen zijjn. De trein zal t.z.t. weer ingezet worden op een traject in midden engeland, maar staat nu hier omdat Llangollen de beste werkplaats voor oude treinen van de UK heeft, althans volgens Gilbert. De afgelopen maanden is hij een regelmatige gast geweest van Glas Gwm (dat is de naam van dit B&B) want het opkanppen blijkt een flinke klus. Er zit ook een australisch echtpaar, weer uit Brisbane, die ook door de UK trekken, maar dan wel met de auto. Ze gaan graag naar Engeland, want 'This land has history...' vertellen ze.

Om een uur of negen rijden we weg en om half tien sta ik in het dal van de rivier de Ceiriog weer bij de molen waar mijn tocht voor vandaag begint. En dat betekent meteen weer klimmen door Gwyningar Woods

Het is meteen weer een mooie tocht, met veel verschillende bloemen en heel veel vogels: vinken, gorzen, mussen, zwaluwen, roodborst, roek, roodborsttapuit en zelf een notenkraker. Ik passeer twee andere wandelaars die met bloemenboekje in de hand de bloemen staan te bestuderen. Realiseer me dat ik eigenlijk, net als de meeste mensen, vooral zoek naar de bijzonder bloemen. Maar wat is er eigenlijk mooier dan een heel veld met gewone boterbloemen? Ik besluit dat er, naast alle lofliederen op The Rose, maar ook eens een loflied geschreven moet worden op de paardenbloem en de boterbloem.

De klim brengt me uiteindelijk naar Chirk Castle, het kasteel dat ik gisteren aan het eind van de middag al hoog op de rots voor me zag liggen.

Dit kasteel is weer een absolute aanrader. Aan alle kanten is te zien dat het echt gediend heeft als een verdedigingsgebouw. Dikke muren, stevige torens, zware deuren. Ik wordt verwelkomd door een paar echte ridders....er blijken allerlei kinderactiviteiten in voorbereiding te zijn, waarbij de kinderen met echte ridders het kasteel in mogen, aan kunnen zitten aan een riddermaaltijd enz. Het kasteel is dus behalve erg mooi ook een echte toeristische attractie. De drukte valt nu nog mee, want het kasteel zelf is nog gesloten, maar als ik wegga na een uur staat de parkeerplaats aardig vol.

Een toren van het kasteel is wel open en daar ga ik dus even naar binnen. Van boven heb ik een mooi uitzicht op de tuinen en het omliggende land. Ook hier weer maken de deuren veel indruk op me, je voelt de geschiedenis in het oude hout.

Een gids ziet dat ik de deuren aan het fotograferen ben en nodigt me uit voor een rondleiding die over een half uur begint. Maar die ook een uur duurt, dus te lang voor een wandelaar onderweg. We blijven wel een kwartiertje staan praten en hij vertelt uitgebreid over Chirk Castle, volgens hem het mooiste kasteel van Wales. Powis (kasteel waar ik een paar dagen eerder was), zegt hij was vooral een woonkasteel. In dit kasteel zie je alle tijden: het is echt een garnizoenskasteel geweest, maar is later heringericht door adelijke families.

Ik haal een kop koffie in een winkeltje met streekproducten en raak in gesprek met een erg aardige dame achter de toonbank die me een tijdje goed aankijkt en dan op eens zegt 'I like your glasses...'. Ze vertelt het een en ander over alle producten die er zijn en ik koop in ieder geval een lekkere koek voor bij de koffie. Op het terras drink ik m'n koffie. Ondertussen stromen de families met kinderen toe. Ik praat even met een oma en een klein meisje dat onder de huiduitslag zit en erg bang en onzeker kijkt. Ik vertel haar dat het erg mooi is in het kasteel en dat er heel veel leuke dingen te doen zijn... en daar leeft ze duidelijk een beetje bij op.

Vanaf nu loop ik, langzaam dalend, over een landweg langs weilanden en bossages. Een makkelijke, prettige tocht die die me voert naar het Llangollen Canal, weer een van de kanalen hier in de regio en mijn metgezel voor de koemende anderhalve uur. Vlak bij het kanaal zitten de bloemenbestuurdeerders van vanmorgen te lunchen en ook met hen raak ik even in gesprek. Ze komen uit Chester en gaan vaak een dagje lopen en dan graag naar wales, want hij is Welshman. Ze zijn erg enthousiast over het landschap en willen ook graag weten wat ik van Wales vind. Mijn antwoord doet ze zichtbaar goed. En ze hebben nog veel meer tips voor mooie wandelingen in Wales.

Het is makkelijk wandelen langs het kanaal, dus ik schiet nu een tijdje lekker op. Maar het kanaal is ook populair, zowel langs de oever als op het water. Langs de oever kom ik meerdere wandelaars tegen, op het water een aantal narrowboats, veelal met pa's met pens achter het roer, moeder en dochter met vooral heel veel zichtbaar vlees lui liggend daarnaast en chagrijnig kijkende puberjongetjes daartussen. In Froncycyllte eet ik een salade in een Inn. De bediening is uitermate chagrijnig en het duurt erg lang voor er koffie is gemaakt. Geen plek om naar terug te gaan.

Na mijn lunch volgt al snel het toeristische hoogtepunt van Llangollen Canal, namelijk Pont Cysyllte Aquaduct.. Dit prachtige aquaduct ligt zo'n veertig meter boven de vallei van de rivier de Dee en het is zeker de moeite waard om over het voetpad langs het kanaal en over het aqueduct te lopen.

Het uitzicht over het dal is prachtig en dat weten heel veel mensen, want het is hier , in vergelijking met andere stukken van de tocht, druk. Ik daal af naar het dal van de Dee en heb dan nog een mooi uitzicht op het aquadact vanuit het beekdal.

Ik verlaat het kanaal en klim uit het dal van de Dee naar Trevor Hall Woods, aanvankelijk door de weilanden, later door het bos zelf. Een mooi, groen bos met alweer veel soorten bloemen, prachtig mos en heel veel vogels: pimpelmees, zwaluw, fluiter, tjiftjaf (denk ik), roodstaart, groene specht.

Na drie kwartier wordt het bos steeds opener en dan blijkt dat ik ondertussen hoog boven de rivier de Dee loop. Vanaf hier heb ik een prachtig uitzicht over het dal. Voor me zie ik Llangollen al liggen, als ik terugkijk zie ik het aquaduct nog in de verte.

Het land wordt weer ruwer: grijs/ groene toppen liggen er voor me en op een van die toppen zie ik al de ruine liggen van Castell Dinas Bran, een omweg waard, denk ik. Ik wandel nu over een half-verharde landweg en daar is het duidelijk dat ook hier het uitzicht bekend is. Veel (nou ja....veel meer dan ik gewend ben, maar het Leenderbos is drukker) auto's staan langs de weg geparkeerd en de inzittenden kuieren wat heen en weer, of piknicken aan de kant van de weg.

Aan de voet van de heuvel waarop het kasteel ligt gaat ODP verder het heuvelland in en voert mijn tocht voor vandaag het dal in naar Llangollen. Maar ik maak dus eerst even een uitstapje naar het kasteel. En dat blijkt een pittige klim maar levert me uiteindelijk een prachtig uitzicht op en een half uurtje rust tussen de resten van dit mooie kasteel.

In mijn optimisme vanmorgen had ik gepland nu nog door te lopen naar de Valle Crucis Abdij, een paar mijl verderop. Maar dat zie ik nu toch niet meer zitten. Dus ik daal af naar Llangollen. Gisterenavond heb ik natuurlijk al iets van het stadje gezien, maar nu kan ik wat langer rondlopen. Het blijkt een mooie plaats met oude vakwerkhuisjes, een paar kerken een paar landhuizen en veel B&B 's en hotels. Het is ook duidelijk erg toeristisch, waarbij de stoomrtrein een van de topattracties is. Een beetje Valkenburg in het klein.

Als ik de kerk wil bezoeken is een mevrouw just bezig die af te sluiten. Omdat het haar niet lukt de goede sleutel te vinden in een hele bos, mag is nogsnel even naar binnen. Vooral een paar oude deuren achterin maken weer indruk

Vanavond eet ik in een Indiaas Restaurant. Waar ik in Kington zo enthousiast kon vertellen over de Indiaase keuken, hier blijkt dat dat niet overal het geval is. De sfeer in het restaurant is vervelend. De baas en het personeel kunnen zichtbaar niet erg goed met elkaar door een deur. Vier bedienden hangen wat rond de bar, want er zitten maar een stuk of vier eters in de zaak. Voor het afhalen van eten komen er iets meer mensen. het eten is niet slecht, maar kan niet tippen van dat van het restaurant in Kington.

Na het eten loop ik nog even langs de rivier de Dee, een prachtige wandeling.

Ik ga even lekker langs de kant zitten en belmet Hanny om bij te kletsen. Veel kinderen spelen op de grote stenen in de rivier, jonge stelletjes lopen hand in hand langs het water, een paar mensen eten aan de oever...het is een prima plek voor een mooie zomeravond.

Terug in het B&B zitten Heather en John met een wat ouder echtpaar in de tuin te eten. Ik wordt uitgenodig om een glaasje mee te drinken. Later zal ook Gilbert zich nog bij ons voegen. En dan zitten we een paar uur lekker te kletsen in de tuin: over voetbal, natuurlijk, over het toerisme in Llangollen (ook het andere echtpaar blijkt een B&B te hebben, iets verderop in de straat), over de komende tuinenshow, over de engels - hollandse betrekkingen (die erg goed zijn volgens alle aanwezigen) en de oorlogen (Heather verbaasd: ik dacht dat Nederland altijd onze bondgenoot was geweest....), natuurlijk over golf (John blijkt goed te zijn en de andere man probeert hem te overtuigen om weer naar de club te komen) over de werkgelegenheid in de regio, over Spanje, over engels bier...Een uur later dan ik gewend ben en met een paar glazen meer wijn dan goed voor me is gan ik zo rond 11.15 uur naar mijn kamer.

Van Llanymynech naar Chirk Mill

IVanmorgen ben ik weer vroeg op, rond 6.30 uur. Ik ga eerst maar wat lezen en me daarna wassen. Om8.00 uur zit ik dan beneden aaneen (erg sober: geen vers fruit) ontbijt, waar ik in gesprek raak met een echtpaar uit Wigan. Zij zijn op zoek naar een plaats voor hun caravan. Hun zoon heeft werk in Wales gevonden en dan vinden zij het wel mooi om ook in de buurt een plek voor zichzelf te hebben. Als ze horen van de eigenaar van de B&B dat ik meer dan 300 km loop, reageren ze verbaasd...'that's a bit more than a stroll....' zegt hij. Duidelijk niet hun beeld van vakantie.

Om 9.00 uur ben ik op weg en na een twee vlakke dagen is het weer even wennen aan het klimmen. En toch moet ik hier tegenop, Llanymunech Hill kijkt me al vanaf het dorp grimmig aan.

De weg omhooggaat overigens wel slingerend, dus niet heel erg stijl. Maar al met al is het toch een stevige wandeling en weer flink zweten vroeg op de ochtend. Ik zie weer veel vogels en planten: zwarte specht, merels, vlinders...ik ga niet te veel in herhaling vallen over al het moois en alle prachtige tinten groen...en roze...en geel...en grijs. Maar ik kijk weer met plezier om me heen. Zie verschillende soorten vlinders, maar krijg er maar een gevangen

Omdat het pad nogal glad is zoek ik een mooie stok uit om wat op te kunnen leunen en dat maakt het lopen inderdaad een stuk makkelijker. Bovenop de heuvel kom ik weer op een golfbaan terecht (volgens mij zijn alle mooie, hoge plekken in wales ingepikt door de regionale golfvereniging). Daarna is het weer dalen en zeker dan heb ik veel steun aan mijn stok, want het pas is weer nat en glibberig. Ondertussen heb ik steeds een mooi uitzicht over het golvende land.

Het eerst dorp wat ik tegen kom is Porth-y-waer, een oud mijnwerkersstadje staat er in mijn boekje. Het land ziet er hier ook armoediger uit en de huizen zijn kleiner en soberder. De oude spoorlijn ligt er verlaten bij....die heeft zijn nut en tijd gehad

Het is ontspannen lopen hier. Wat bos, bomen, weiland een enkele beek.Via eenpublic foothpath dwars over een aantal weilandenkom ik in het volgende dorp Nantmahr waar de plaatselijke kerk op heel mooie wijze is verbouwd tot appartementen (denk ik).

Na Nantmahr is het weer stevig klimmen. Dat levert een mooi uitzicht op op het dorp, maar ook weer de nodige zweetdruppels. Gelukkig staat bovenaan de stijle klimeen bankje en dus belsuit ik dat het tijd is om te lunchen.Ik zit lekker in de zon, een zachte wind zorgt voor wat verkoeling.Ik maak een praatje met twee vrouwen uit Cardiff. Zij lopen ook de hele tocht maar dan van noord naar zuid....'going home'. Ze hebben allebei een hond bij zich en hun eerste vraag is dan ook: 'Whij didn't you take your dog...?'.zij vinden dat je met wandelen je hond mee hoort te nemen. Het is voor hen de eerste keer dat ze ODP lopen...hoorden zo vaak van buitenlanders over de tocht, dus dachten: dan moeten we zelf ook maar een keer op pad gaan.'

De wandeling gaat weer verder, nu door een natuurgebied 'Jones Rough' waar net een boer zijn land af komt rijden. Hij vraagt of ik geniet en we kletsen wat door....de boerderij ligt op een heuvel met een werkelijk prachtig uitzicht en daar geniet hij nog iedere dag van. In geen velden of wegen is een andere boerderij te zien.. Maar toch gaat hij voor vakantie naar het noorden van portugal, bacause ' it's much to crowded here...in portugal it's still quiet, like it used to be 30 years ago, here...'

Het waait lekker op de volgende heuvel, de Moelydd En dat de win hier meestal dezelfde kant uit blaast is goed te zien aan de bomen.

Dit beeld doet me denken aan de bomen die Mondriaan schilderde bij Domburg. Toen ik zijn schilderijen voor het eerst zag dacht ik dat het fantasiebomen waren, maar toen ik later in Domburg door de duinen wandelde zag ik ze in het echt....en bleken ze inderdaad schuin en met de wind meegegroeid. Dat zelfde beeld dus hier, bovenop de Moellydd Hills.Op de top heb ik weer een grandioos uitzicht over het land. Ik kan de weg die ik straks af ga leggen al voor me zien.

Ik wandel naar beneden naar het volgende dorp, Trefonen. Dat maakt op mij weinig indruk. Het ODP blijft verder dalen naar het dal van de Candy. Een mooi plek met veel bos, de beek, een oude molen en een paar mooie vakwerkhuisjes.

Daarna is het weer klimmen door Candy Woods via een mooi, stil bospad. Ik rust weer even uit op een 'bankje' van stenen. Een keurige, oudere heer laat zijn hond uit maar hij heeft weinig tijd om te praten. Hij past op de hond van zijn kinderen, maar moet echt door, want over drie kwartier wordt hij op de golfbaan verwacht.

De route gaat over een oude racecoursedoor golvend landschap naar Craignant, de plaats waar ik door mijn gastheer opgehaald zou worden. Helaas....een klein probleem. In Craignant krijg ik geen verbinding met mijn mobiel. Dus ik besluit door te lopen naar Chirk Mill, vlakbij Chirk Castle. Boven op de heuvel heb ik wel verbinding en John, de eigenaar van mijn volgende B&B. Hijvindt het geen enkel probleem om mij bij Chirk op te pikken...dat is nog korter ook.

Het extra stukje lopen gaat door een prachtig groen bos. Hoog boven de bomen in de verte zie ik al de contouren van Chirk Castle. Daar zal ik morgen op enige afstand langskomen en , dat zegt iedereen, dat is wel een kleine omweg waard.

Nog een klein probleem aan het eind van de route: er zijn een aantal paarden losgebroken en die lopen nu over de weg. Diie moeten eerst gevangen worden, dus John kan Chirk Mill niet meteen bereiken.Ik blijf maar rustig wachten.

We rijden naar mijn volgende B&B in Llangollen (spreek uit Glen Gotlen). De komende drie nachten zal ik bij Heather en John logeren. Zij komen net terug uit Spanje, waar ze sinds kort een huisje in de buurt van Rhonda hebben. De afgelopen weken heeft een vriend hun B&B voor hen geregeld. Ze moeten weer even wennen aan het leven in Wales en daardoor zijn ze vergeten dat ik in het B&B zou eten.... Geen enkel probleem wat mij betreft, want Llangollen is een echt toeristenplaatsje met voldoende mogelijkheden om uit eten te gaan. Op advies van John ga ik naar de Corn Mill, een oude watermolen aan de rivier de Dee op een paar minuten afstand van het B&B. En dat blijkt een uitstekende keuze. Een mooie, lichte, prettige zaak met een geweldig uitzicht over de rivier, een prettige, informele sfeer en prima eten. Ik eet een lekkere vegetarische tempura als voorafje en daarna (echt heel lekkere) gnocchi met groene asperges, gegrilde paprika en artichock.

Terug in mijn B&B gooi ik mijn vuile was in de wasmachine en daarna in de droger. Als ik daar mee bezig ben komen Heather en John weer thuis (zij waren ook uit eten gegaan) en bieden me een glaasje wijn aan. We kletsen een uurtje. Daarna ga ik naar mijn kamer: tanden poetsen, nog even schrijven en lezen en naar bed. Voor mijn doen heel laat: een uur of elf. Morgen: meer over dit geweldige B&B.....want ook deze plek komt op mijn lijstje met aanraders..

Van Welshpool naar Llanymynech

Weer vroeg aan het ontbijt met wederom veel lekker vers fruit en (op mijn verzoek) een halve portie 'full vegetarian'. Aan het ontbijt zit ook een engelse familie met twee zeer ochtendzieke puberdochters die natuurlijk gaan paardrijden.. Tot groot genoegen van de moeder van de eigenaar zie ik haar aan voor zijn vrouw....dat brengt de nodige hilariteit, maar moeder d'r dag is helemaal goed. Ik kan heel even op internet in hun keuken en ga dus iets later op pad. Mijn regenpak moet weer aan...het regent behoorlijk.

Via een mooi public-foothpath dwars door de glooiende weilanden kom ik na een drie kwartier weer op mijn route.Vanaf nu is het vlak....ik noem het voor mezelf maar: een hollandse dag: dijken, kanalen, weilanden, regen, boterbloemen, eenden en ganzen, een beek....als de heuvels niet zichtbaar waren aan de horizon zou je je in Noord Holland wanen.

Ik loop al snel langs het Montgomery Canal... een van de kanalen die ik de komende dag tegen zal komen. Rond 1800 zijn er ten behoeve van de afwatering en voor de industrie overal kanalen aangelegd, waar met de narrowboat goederen over werden vervoerd. Nu worden er alleen nog maar toeristen vervoerd. Aan het begin van het kanaal kom ik de eerste tegenligger tegen

Verder zal het vandaag wat tegenliggers betreft erg rustig blijven...er zijn maar weinig mensen op pad kennelijk. De kanalen worden de laatste jaren steeds meer gerenoveerd en als toeritische attractie ingezet. De komende dagen zal ik vaker langs een van die kanalen lopen.

Het kanaal loopt parallel aan een drukke weg, dus erg rustig is het niet.Dat versterkt natuurlijk wel weer het gevoel in Nederland te lopen.... Hier en daar langs de route zijn nog oude pompen of sluizen hersteld: een prachtig stuk industriele geschiedenis

Wanneer de route wegdraait van het kanaal kom ik nog meer in de hollandse sfeer: ik loop over een dijk, dwars door groene weilanden, veel koeien, een slingerende rivier (de Severn weer, de rievier waar de route ook begon....hier nog maar een beekje zoals de Dommel, niet veel breder.) Een makkelijke wandeling want vlak...vlak ...vlak. Ik zie madeliefjes, paardenbloemen, boterbloemen, gansen, zwanen, kraaien, fazanten, buizerds. ...

Ik wordt geroepen vanaf het water...twee kanovaarders liggen aan de kant met een kano vol proviand. Ze vragen me waar ze op dat moment zijn en ik probeer ze dat zo goed en zo kwaad als ik kan duidelijk te maken. Ook vragen ze of ik hun collega's heb gezien, want die moeten ook ergens varen. We maken een praatje over wandelen en varen. Voor hen is het grote voordeel van varen: je kan een krat bier meenemen. Ze bieden mij met plezier een flesje aan, maar daar bedank ik toch maar voor.

Wat verder opvalt is dat het land erg verlaten is...er staan hier nauwelijk huizen en dus is er ook geen mogelijkheid om inkopen te doen of koffie te drinken. Een man uit Sussex die nu vijf jaar hier woont realiseert zich dat en heeft op de route dit bord neer gezet

Hij verdient er niets aan, vertelt hij, maar 'walkers are nice people'.....en hij heeft zijn dagelijke praatje weer. Het wonen hier bevalt hem goed: rustig, veel goedkopen en minder last van 'gypsys', want die waren er te veel in Sussex naar zijn idee. Niet de tijd en de plek om daarover in discussie te gaan..... Hij vertelt dat de streek hier zo verlaten is omdat de beken vaak overstromen. Hij heeft het al een paar keer meegemaakt dat hij niet over de gewone weg naar het dorp kan, maar of moet varen, of een omweg van een paar mijl moet maken over de dijk. Bij de koffie krijg ik overigens een half koekje extra, want de kippen komen schooien en dan kan ik ze wat koek geven.

Na de lelijkste plaats van de hele route (Four Crosses....wat een afschuwelijk lelijk dorp... ik loop voor een deel over een overslagterrein, saaie nieuwbouwblokken, een drukke weg dwars door het dorp waar ik overheen moet), kom ik bij terug aan het Montgomery Canal....en dat is vanaf hier weer prachtig. Het mooiste deel van de dag komt nu.

En dan wordt ook het bijzondere van deze kanalen zichtbaar: ze lopen vaak hoog boven en over het omliggende land....en gaan via aquaducten over dalen en zelfs rivieren. Een van de komende dagen zal ik daar nog een spectaculair voorbeeld van tegen komen. Maar ook deze foto geeft al een goed beeld. Op de voorgrond het groene water (kroos) van het kanaal, op de achtergrond de rivier de Vyrnmy waar het kanaal dus overheen loopt. Een prachtig sluizencomplex maakt het verhaal compleet.

Hier liggen een aantal van dit soort sluizen achter elkaar. Aan de kade een mooi gerestaureerd sluiswachtershuisje.

De laatste kilometers langs het kanaal naar mijn eindbestemming voor vandaag Llanymynech. Op zich een aardig dorp, maar helaas loopt er een drukke weg dwars door heen. Ik loop even langs de twee kerken die er zijn. De grootste ligt op een soort terp en is de moete waard.

Bij mijn B&B wordt ik vriendelijk ontvangen door Pete en Jen. Er is weer een prettige lounge en daar serveren ze koffie en lekkere koeken. Ik blader wat door de vele tijdschriften over de omgeving. In de informatiemap zit veel materiaal over de oude mijnindustrie in deze streek. Het is duidelijk dat Pete daar erg in geinteresseerd is, als ik zou willen zou ik binnen een dag alles weten over de tinmijnen van dit dorp.

Na douche en even uitrusten steek ik de straat over om in de Bradford Arms te gaan eten. Weer een prettige dorpskroeg met een iets te vrolijke en enthousiaste barman. Het eten is overigens prima. Voor de vegetariers is er weer een pastaschotel, dus vandaag maar eens aan de vis. En de gemengde visschotel blijkt heerlijk. Of het eten met plezier is klaar gemaakt waag ik te betwijfelen. regelmatig komt de kok, een stevige vrouw van een jaar of veertig, zuchtend en puffend aan de bar hangen. Ze valt nog net niet in slaap, geloof ik. Mensen komen even binnen lopen, maken een praatje, drinken een puint en gaan weer weg. In de zaal naast de bar is een bijeenkomst (denk ik) van de plaatselijke vrouwenvereniging. Het klinkt erg gezellig.

Weer vroeg naar bed....lezen...slapen.